Klimaatkonijn blijft aan formatietafel

22 mei 2017

De formatie begon zo hoopgevend. Premier Rutte zei dat de energietransitie en belastinghervorming voor hem centraal staan. Dat is een prachtige combinatie. Jammer dat dit de afgelopen twee maanden nog geen succes werd maar dit kan voor elke coalitie een krachtige basis bieden. Want wie er ook aan de formatietafel zit, het ‘klimaatkonijn’ (Nijpels©) zal er zeker tussen zitten.

Zweden
Laten we de formatiepauze benutten voor wat frisse wind uit Zweden. Zweden is Europees kampioen energietransitie met meer dan 50% duurzame energie. Natuurlijk is het in Zweden makkelijker met waterkrachtcentrales en de eeuwig zingende bossen die grote hoeveelheden biomassa leveren terwijl de bossen groeien. Maar niet alles is makkelijker. De winters zijn bijvoorbeeld kouder en de reisafstanden zijn groot. Dus wat kunnen we leren van het Zweedse succes?
Zweden heeft een duidelijk en consistent beleid, gericht op de lange termijn en met een breed draagvlak. De Zweedse politiek heeft de krachten gebundeld in een energieakkoord met als doel: 100% duurzame energie in 2040. Laten wij dat ook doen met een klimaatwet – waarin we maximaal 10 jaar extra de tijd nemen om op 100% duurzame energie te komen.

Zweden heeft al in 1991 een CO2-belasting ingevoerd en andere belastingen verlaagd. Het begon met 27 euro per ton voor de kleinverbruiker. Nu is dit 119 euro en geldt het ook voor het bedrijfsleven dat niet onder de emissiehandel (ETS) valt. De CO2-uitstoot is in Zweden sinds invoering met 25% afgenomen. In diezelfde periode verminderde de Nederlandse CO2-uitstoot slechts met 3,2% en groeide het afgelopen jaar zelfs met 1,9%. Tegelijkertijd is de Zweedse economie blijven groeien. De Zweedse minister van Financiën Magdalena Andersson zegt: “So, putting a price on carbon is not only the morally right thing to do, it’s also economically smart politics.”

“Zweden heeft al in 1991 een CO2-belasting ingevoerd en andere belastingen verlaagd”
BelastinghervormingWe belasten in Nederland nog steeds teveel wat we willen bevorderen, zoals werk; en belasten te weinig wat we willen voorkomen, zoals CO2. Het principe ‘de vervuiler betaalt’ is eerlijk en een goede manier om schone energie ook zonder subsidie te laten winnen van fossiele energie. De inkomsten kun je bijvoorbeeld benutten om de inkomstenbelasting te verlagen met oog voor werkgelegenheid, concurrentiepositie en inkomens.

Als we vervuiling meer- en mensen minder belasten, is er veel gewonnen. Ook binnen de energiebelasting is een verschuiving nodig. Nu betaal je voor windstroom evenveel belasting als voor kolenstroom. Je huis verwarmen met stroom is vele malen zwaarder belast dan verwarmen met aardgas. De dieselrijder betaalt veel minder belasting voor CO2 dan de elektrische rijder. En hoe meer energie je gebruikt hoe goedkoper de CO2. Economisch en ecologisch vooral onlogisch.

Het Planbureau voor de Leefomgeving pleit voor een input-belasting op de grondstof die wordt gebruikt voor energieopwekking. Als je de bron meer belast naarmate die vervuilender is, stuurt de belasting sterker richting duurzame energie, aldus het PBL. Laten we dat dus doen en leren van de succesvolle Zweedse Carbon Tax. Zo geeft de ‘onzichtbare hand’ van marktwerking de energietransitie een stevige duw in de rug.

Wat ons betreft, staan alle seinen op groen om een historische doorbraak in duurzame energie te realiseren. Hopelijk kunnen de politieke partijen het hier snel over eens worden en een stabiele regering vormen. Het bedrijfsleven zal graag zaken doen met zo’n regering om samen te zorgen voor een energievoorziening om trots op te zijn.

Dit opinie artikel van Olof van der Gaag werd 22 mei gepubliceerd op Energiepodium.nl


Misschien ook interessant