William Moorlag, PvdA: Noord-Nederland is ideaal voor waterstofeconomie

21 maart 2019

William Moorlag, PvdA-Kamerlid, is blij dat ook het kabinet nu een CO2-heffing wil. Die moet zo ingericht worden dat hij leidt tot ander gedrag bij bedrijven en burgers. De opbrengst gaat wat hem betreft naar innovatie, een banenfonds en compensatie van burgers voor gestegen prijzen. (Noord-)Nederland staat klaar om de wegbereider te worden van de nieuwe waterstofeconomie, dankzij onze ligging aan een ondiepe zee en ons goede transportnetwerk. De NVDE – als vertegenwoordiger van deze ‘energieke, actieve bedrijfstak, die groeit als kool’ – is goed op weg om net zo invloedrijk te worden als de fossiele lobby, vindt Moorlag.

Wat vindt u van de doorrekening van het Klimaatakkoord en de kabinetsreactie?
“De doorrekening door het PBL en CPB ziet er niet goed uit: de doelen worden waarschijnlijk niet gehaald. En de lasten drukken onevenredig zwaar op lage inkomens, gepensioneerden en uitkeringsgerechtigden. Het kabinet heeft meteen een behoorlijke aanpassing aangekondigd. Dat moet nu worden doorgerekend, zodat we er zeker van kunnen zijn dat het groener en eerlijker wordt. Ik juich het toe dat het kabinet het standpunt dat er geen CO2-heffing zou komen, nu verlaten heeft. Dat leek eerst in beton gegoten. En ook de verdeling van de Opslag Duurzame Energie wordt anders. Dus aan het eind van de dag was ik best blij. Voor de PvdA weegt zwaar dat de lasten eerlijker verdeeld worden en dat we de megatonnen halen. Anders kun je uittekenen dat het draagvlak in de samenleving zal afkalven, als huishoudens merken dat ze onevenredig aan de lat staan.”

Zijn de provinciale verkiezingen belangrijk voor de energietransitie?
“Deze verkiezingen zijn een lakmoesproef voor het kabinet. De energietransitie is niet alleen een technische, maar ook een enorme sociaal-culturele opgave. Dit grijpt diep in het leven van mensen in, met andere verwarming, voedsel en mobiliteit. Het kan alleen lukken als je vertrouwen creëert dat het zorgvuldig en eerlijk gaat verlopen.
Ik heb me in de afgelopen periode het hoofd gebroken hoe het mogelijk is dat we in de jaren zestig zo snel aardgas hebben geïntroduceerd. Iedereen zag het als een verbetering. Aardgas was comfortabeler, veiliger en schoner. Als een verandering als verbetering wordt beleefd, dan kan het snel gaan. Als het wordt beleefd als achteruitgang, dan creëer je maatschappelijke weerstand. Dat moeten we zien te voorkomen. Iedereen moet het mee kunnen maken.”

Welke hoofdpunten moeten er volgens u nog geregeld worden in het Klimaatakkoord?
“De CO2-heffing is belangrijk. Het is geen doel op zich, maar een middel om de CO2-uitstoot terug te dringen. In de uitwerking moet gekeken worden hoe we dat effectief kunnen doen. De PvdA vindt dat de opbrengst ten eerste gebruikt moet worden voor het stimuleren van innovatie.
Ten tweede willen we een deel terugsluizen naar huishoudens om te compenseren voor de doorberekening van  de heffing in de prijzen. Een CO2-heffing leidt tot ander gedrag, bij bedrijven en consumenten. We hopen, simpel gezegd, dat mensen die een nieuw keukentrapje kopen, kiezen voor een houten, in plaats van één van aluminium, die met veel elektriciteit gemaakt is. Maar als een deel van de CO2-heffing wordt doorbelast en mensen kunnen zich niet onttrekken aan gebruik van die producten, dan moet je daar oog voor hebben. Met name voor degenen die extra kosten moeilijk kunnen dragen.
Ten derde moet er een fonds komen om mensen van werk naar werk te helpen op die plekken waar werkgelegenheid verloren dreigt te gaan. Het is makkelijk om te roepen dat er een kolencentrale gesloten wordt, maar er werken wel mensen, die tijdens de feestdagen er voor gezorgd hebben dat onze kerstverlichting brandt. Zij mogen niet de klos worden. Wij willen alle mensen helpen aan nieuwe groene banen. De energietransitie gaat veel nieuwe banen creëren. Dat blijkt ook uit het onderzoek van ECN/TNO dat de NVDE maandag publiceerde. Voor elke baan die verdwijnt in de fossiele sector, komen er zeven groene terug.”

 Hoe is dit te rijmen met VNO-NCW die van ‘klimaatwerklozen’ spreekt?
“Ik vind dat bangmakerij. Het is contraproductief. Bedrijven moeten straks preventief en proactief gaan opereren. Als er op tijd, in overleg met sociale partners, goede sociale arrangementen komen, dan voorkom je die klimaatwerklozen. We gaan mensen van werk naar werk helpen.”

Hoe wilt u het dreigende gebrek aan vakmensen in de transitie oplossen?
“Dit speelt op veel terreinen, in de metaalsector, de installatiebranche en elders. Aangenomen dat de verduurzaming van een woning een kwart arbeidsjaar kost, dan zijn er tienduizenden vakmensen nodig. Dit is de achilleshiel van de uitvoering van het Klimaatakkoord. De SER heeft een goed advies hierover uitgebracht. Ik heb er regelmatig bij Keijzer en Wiebes op aangedrongen om dit uit te voeren. We moeten tijdig mensen opleiden, bij- en omscholen.”

Wat vindt u van de NVDE?
“De sector duurzame energie is een energieke, actieve bedrijfstak, die groeit als kool. De opwekking van duurzame energie is gestart door idealistische pioniers, die op kleine schaal investeerden in windmolens en andere nieuwe technologie. Nu is het een volwassen bedrijfstak, zeker de windenergie. Dat is big business. De sector moet goed blijven groeien om te zorgen dat we ook in de toekomst elke dag onze iPhone kunnen opladen. Het heeft zeker meerwaarde dat er één vereniging is voor al die spelers. De fossiele sector is goed georganiseerd, met een machtige lobby die bijvoorbeeld merkbaar was bij de dividendbelasting. De NVDE moet een gezaghebbende en invloedrijke organisatie worden, en is dat ook al.”

Wat vindt u van de aangekondigde verschuiving in de Opslag Duurzame Energie (ODE)?
“Het is mooi dat de lasten minder bij burgers en meer bij bedrijven komen te liggen. We moeten de ODE-verschuiving goed doorrekenen. Dat de ODE-opbrengst in de toekomst ook voor de opslag van CO2 gebruikt zou gaan worden, blijft mij wel als een graat in de keel steken. Het is goed dat het kabinet de CO2-opslag (CCS) gaat begrenzen, maar daarnaast moet er een andere financieringsbron voor komen. Veel mensen gaan het niet begrijpen als een regeling die nota bene Opslag Duurzame Energie heet, als subsidie naar de fossiele sector gaat voor CCS. Dan rek je het mentale elastiek bij mensen te ver uit”

Hoe krijgen we 1,5 miljoen huizen aardgasvrij?
“We moeten goed kijken naar opgaven in het verleden, met name naar stads- en dorpsvernieuwing. Toen zijn op grote schaal woningen gerenoveerd. Niet alleen de technologische invalshoek, maar ook de sociale kant kreeg aandacht. Wat is er nodig om mensen te helpen? Naar zo’n type aanpak moeten we toe.”

Wat is de rol van gemeenten?
“Ik maak me er wel zorgen over. Straks gaan wethouders in 2021 in wijkcentra vertellen dat wijken van het aardgas af gaan. In die zaaltjes zitten dan mensen met veel zorgen en vragen: ‘ik heb vorig jaar nog een nieuwe cv gekocht; die kan nog 14 jaar mee’; ‘we zijn op hoge leeftijd, het zal onze tijd wel duren’. Of er is achterstallig onderhoud in de woning of mensen zijn minder zelfredzaam. Je moet mensen bij de hand nemen en helpen. Als daar geen oog voor is en het wordt louter een technisch-instrumenteel verhaal, dan baart mij dat grote zorgen.”

Welke middelen heeft de overheid?
“De overheid heeft drie sturingsinstrumenten: koffie, geld en regels. Koffie staat voor overleggen, polderen, cocreatie, samen met de mensen. Geld is ook simpel: zaken die je wilt ontmoedigen moet je belasten en je geeft subsidie voor wat je wilt stimuleren. Regels vormen het derde instrument. Er moeten minimumnormen komen, bijvoorbeeld voor isolatie en energieverbruik van bestaande bouw. Die normen hebben we al voor de nieuwbouw, maar daar is het makkelijker. Bij bestaande gebouwen moet je ook oog hebben voor monumenten, waar je geen isolerende theemuts omheen kunt monteren.”

Klimaatbeleid werkt denivellerend, blijkt uit de doorrekening door CPB.
“Dat is niet goed. We gaan goed detecteren welke effecten er optreden voor mensen in verschillende inkomensgroepen. Een voorbeeld zijn zonnepanelen op huurhuizen. Gaat de woningcorporatie dan intensief de rentekosten doorbelasten aan de huurders? Terwijl in de koopsector de rentelasten fiscaal aftrekbaar zijn. We moeten rekening houden met ieders draagvermogen.”

U noemt zich de ‘spreekbuis van het Noorden’. Zijn er extra kansen voor duurzame energie in het Noorden?
“Ja. Je ziet nu veel concrete initiatieven. De potentie van de waterstofeconomie is groot. Nederland heeft twee concurrentievoordelen: een grote ondiepe zee en een goed ontwikkeld transportnetwerk voor energie. Die moeten we maximaal benutten. Iedereen focust nu op de productie van duurzame energie. Maar opslag, transport en balancering van het net zijn enorme uitdagingen. Door de productie van groene waterstof geven we hier antwoorden op. Energie is makkelijker op te slaan in moleculen dan in elektronen. Noord-Nederland kan een schakel zijn in een Europees transportnetwerk en is een ideale regio om de waterstofeconomie op te starten. Er zullen grote hoeveelheden energie getransporteerd worden. Het waait altijd wel ergens hard. Noord-Nederland pakt die kansen. De Eemshaven is nu al de uitvalbasis voor offshore windenergie.”

U bleef als gedeputeerde strijden voor de 35 windmolens die tegen de zin van de Groningers in de provincie moesten worden geplaatst.
“Het is cruciaal dat je duurzame energie plaatst in samenwerking met de gemeentelijke overheid en bewoners in het gebied. Waar dat gebeurde, zoals in het gebied bij Eemshaven en Delfzijl, is het veel beter verlopen dan nabij Veendam waar de Rijkscoördinatieregeling is toegepast. De lokale bevolking moet meer kunnen profiteren van de opwek van duurzame energie. Veel mensen hebben er moeite mee dat de verdeling van lusten en lasten zo scheef is. Dat grondeigenaren flink cashen, terwijl de aantasting van de leefomgeving niet wordt gecompenseerd.”

Hoe vindt u dat de problemen met netaansluitingen voor zonne- en windprojecten in het Noorden opgelost moeten worden?
“Ik wil een deel van de capaciteit reserveren voor kleine projecten. Kleinschalige projecten op daken  moeten voorrang op het net krijgen boven grootschalige op landbouwgrond. Net zoals we groene stroom op het net voorrang geven op grijze stroom. . Het draagvlak onder de bevolking verbetert, als sportverenigingen, MKBers en boeren hun daken benutten voor zonne-energie. Zelf opgewekte energie wordt ook grotendeels zelf gebruikt, waardoor er minder netwerkbelasting is. We moeten ook beter omgaan met schaarse ruimte: zonne-energie kan beter op daken, op bedrijfsterreinen en langs infrastructuur. Laten we zuinig zijn met landbouwareaal. Een bedrijf als Avebe levert een forse bijdrage aan het vergroenen van de economie en is een leverancier van groene grondstoffen. Er zijn in dit kleine landje veel conflicterende functies, dus we moeten zuinig zijn met ruimtegebruik.”

U was in januari in een waterstoffabriek. Hoe was dat?
“Alle techniek die nodig is, is er al. Er is alleen een schaalsprong nodig om de kosten te gaan drukken. CO2-beprijzing helpt ook, om die sprong naar een waterstofeconomie te bevorderen.”


Misschien ook interessant